6 augustus 2006
Een aantal kunstexperts hebben de echtheid in twijfel getrokken van Vincent van Gogh’s Portret van een man, door de National Gallery van Victoria (Melbourne, Australië) in bruikleen gegeven aan de Dean Gallery in Edinburgh, Schotland.
Frank Whitford, kunstcritus van The Sunday Times, trok de echtheid van het schilderij in twijfel op stilistische gronden, in het bijzonder de afwezigheid van een zekere “intense gedrevenheid.” De schrijver Tim Hilton, die aan een nieuwe biografie over Van Gogh werkt en Michael Daley, directeur van ArtWatch UK, die onderzoek doet naar kunstvervalsingen, trokken de echtheid van het werk eveneens in twijfel.
In de kunstwereld, maar zeker ook in het licht van de complexiteit van Van Gogh’s oeuvre, kan een zekere vorm van gezonde scepsis verhelderend werken. In de loop der jaren hebben een aantal gerenommeerde musea, waaronder het Kröller-Müller Museum in Otterlo en de Nasjonalgalleriet in Oslo, Noorwegen, de echtheid van Van Gogh schilderijen uit hun eigen collectie ter discussie gesteld en na zorgvuldige bestudering echt verklaard.
De bezorgdheid over de recente vloedgolf van publiciteit rond het Australische schilderij is dat de drijfveer achter de beschuldigingen tegelijkertijd een reden is deze te ondersteunen. Sommigen zouden kunnen beweren dat ongefundeerde en overijlde verklaringen een manier zijn om de aandacht van de wereldmedia te trekken. Een aantal jaren geleden beweerde de Raelian sekte een mens te hebben gecloned. Dit veroorzaakte vette krantenkoppen over de gehele wereld. Uiteindelijk werd het bewijs nooit geleverd en de bewering bleek vals te zijn. Op dezelfde wijze is het kortzichtig en ondoordacht om de echtheid van een kunstwerk in twijfel te trekken zonder een grondige en nauwkeurige evaluatie. Zeker als de twijfels steunen op stylistische gronden. Of nog erger, als zelfs degenen die het werk veroordelen elkaar tegenspreken (Hilton houdt vol dat het werk gemaakt is naar Frans Hals of naar Eugène Delacroix, terwijl Daley beweert dat het schilderij vervalst is, maar wel duidelijk op Van Gogh’s eigen stijl gebaseerd).
De gevolgen van dit soort verklaringen zijn echter nog schadelijker. In 2000 bezocht Benoit Landais, een kunstkenner, een Van Gogh tentoonstelling in Martigny in Zwitserland. Na het bezoek stond hij de pers te woord (zoals sommigen beweerden, om de aandacht van de media te trekken) en bestempelde meer dan een kwart van de werken op de tentoonstelling als vervalsingen. Niet verwonderlijk dat dit enorme aandacht trok, tot groot ongenoegen van de organisatie van de tentoonstelling en niet minder van de eigenaars van de betreffende kunstwerken. Uiteindelijk bleek geen enkele van de omstreden werken een vervalsing te zijn, maar er wordt steeds vaker over gesproken dat privé bezitters en musea in de komende jaren veel terughoudender zullen zijn om werken aan diverse tentoonstellingen uit te lenen als deze vergezeld gaan van publiciteits zoekers en alleen al door de echtheid van de tentoongestelde werken in twijfel trekken hun doel bereiken. Uiteindelijk blijven er slechts verliezers over.
Is het Portret van een Man een echte Van Gogh of niet? Het is welliswaar een ongewoon werk in die zin, dat het het enige horizontale portret is van de kunstenaar (hoewel er aanwijzingen zijn dat een deel van het werk is afgesneden en oorspronkelijk niet horizontaal was). Ook is het waar dat Van Gogh dit werk nooit in een van zijn vele brieven heeft genoemd, hoewel dit op zichzelf niet zo vreemd is omdat veel van Van Gogh’s mooiste werken ook niet in zijn brieven werden vermeld (bijvoorbeeld Boerderij in de Provence en Olifgaard). Bovendien heeft de curator van de Edinburgh tentoonstelling, Martin Bailey, al tientallen jaren een Van Gogh kenner, het schilderij verdedigd als echt.
Uiteindelijk kan een evenwichtige en redelijke beoordeling van de echtheid van dit schilderij niet zonder een serieuze en grondige studie. Analyses met behulp van röntgen onderzoek (zowel diffractie als energie dispersief), microspectrale laser analyse, maar ook dunnelaagchromatografie zijn slechts enkele van de methodes om de oorsprong van het werk te achterhalen en vast te stellen. Zolang deze studies niet hebben plaats gevonden, zijn alle stylistische opvattingen en de hiermee gepaard gaande veroordelingen en ophef in de media misleidend en onverantwoord.
(Vertaald door Jan Geerling)